‘…Op weg naar het Maanmeer. Volgens mij is er een groot stuk van de maan hier op de aarde gevallen en daar lopen we nu en de komende dagen overheen. Zon, zand, stof en stenen. Na heel wat uren klauteren kwamen we aan bij een theestalletje. Een hutje van drie stenen muren, stok in het midden en een stuk plastic zeil eroverheen. Tussen het ‘terras’ en de theetent in was een klein beekje waar de ‘ober’ steeds overheen sprong met chai en cola…’